U bent hier: Home > Uitgebreide informatie Dwergkees > Gedrag en Levensruimte van de Dwergkees

Gedrag en Levensruimte van de
Dwergkeeshond

De Keeshond is bijzonder trouw aan zijn baas en een tikkeltje gereserveerd ten opzichte van personen die hij niet kent. Datzelfde geldt ook voor de Dwergkees. Zodra de baas echter laat blijken dat de onbekende welkom is, wordt hij of zij ook door de hond geaccepteerd. De Keeshond blijft dan niet zenuwachtig in de buurt van de bezoeker rondscharrelen, maar bekijkt het gebeuren vanuit een ontspannen, alerte houding, of komt vriendelijk even poolshoogte nemen. Met een zachte aanraking van de neus is de kennismaking een feit.

Zowel de Keeshond als de Dwergkeeshond hebben een fijn karakter. Ze zijn waardig, opgewekt, intelligent, waaks en erg trouw; ideale karaktereigenschappen dus voor een gezelschapshond. Ze zijn echter ook erg vastberaden, wat voor sommigen als eigenwijs wordt bestempeld. Er zijn Dwergkeesjes die laten merken dat ze goede wakers zijn, en dan de neiging hebben veel te blaffen. Met een consequente opvoeding kan dit gedrag in goede banen worden geleid.

Aan de conditie van de opvallend fraaie vacht moet de nodige aandacht worden besteed. Uiteraard moet er vaak worden gekamd en geborsteld om het dode haar te verwijderen. Als dat niet gebeurt, ontstaan er klitten, die bij verwaarlozing alleen nog maar met behulp van een schaar kunnen worden verwijderd. Op zich is dat niet zo erg, maar door een verwaarloosde of vervuilde vacht kan de huid van de hond niet ademen. De huidproblemen die dan kunnen ontstaan. zijn dikwijls heel moeilijk te bestrijden en soms erg hardnekkig. Een correcte, bijzonder nauwgezette verzorging kan zoiets voorkomen. De jonge pup moet daarom al vanaf de leeftijd van ongeveer vier weken worden gewend aan het kammen en borstelen, zodat hij dat later als iets prettigs ervaart.

De Dwergkeeshond is een lieve, aanhankelijke hond, die ook erg goed met kinderen om kan gaan. Die moeten hem echter wel in zijn waarde laten, want het ras staat bekend om zijn zelfverzekerdheid.

bron: mijn hond, mijn vriend